Aan welke maatschappelijke uitdaging op het gebied van AI wordt gewerkt?
De jongste generaties van de Nederlandse maatschappij komen momenteel al volop in aanraking met applicaties die op artificiële intelligentie (AI) zijn gebaseerd. Dat gebeurt niet alleen thuis, maar ook op school en in de publieke ruimte. Alles bij elkaar is dit dus de groep die het vaakst en het langst aan alle effecten van deze nieuwe technologie wordt blootgesteld. Soms gaat het om applicaties die direct op jongeren gericht zijn, zoals de toepassing van AI in het onderwijs. Maar zijn jongeren daar wel echt mee geholpen? En wat is de invloed van AI-toepassingen op de ontwikkeling van jongeren? Dat er over dat soort vragen nauwelijks werd nagedacht, concludeerde Karolina La Fors, die voor Universiteit Twente een PhD-onderzoek deed naar de ethische, juridische en maatschappelijke implicaties van semi-geautomatiseerde risicoprofileringssystemen en hoe die in de wereld van jongeren, professionals en de maatschappij worden toegepast. Dat betekent dat Nederland op dat vlak nog niet voldoet aan artikel 12 van het VN Kinderrechtenverdrag, dat ons land wel heeft ondertekend.
Ondertussen neemt AI een vlucht en groeit de invloed van die technologie in alle aspecten van het leven van jongeren. Er is in het publieke debat over AI dus een benadering nodig waarbij jongeren zich echt kunnen laten horen en waarbij hun ideeën en wensen meegenomen worden (zie ook dit artikel op de website van Netwerk Mediawijsheid). En bij de ontwikkeling van nieuwe AI-oplossingen moeten zij actief mee kunnen denken en beslissen. Op basis van de conclusies en aanbevelingen van La Fors besloot het DesignLab van Universiteit Twente om daar werk van te maken. En dat leidde tot een brede samenwerking, dat inmiddels dus is uitgegroeid tot het ELSA Lab AI4Youth.
Wat voor type oplossing wordt de uiteindelijke gebruiker geboden?
Het gaat om het ontwikkelen van een transdisciplinaire infrastructuur voor AI-onderzoek, met de actieve bijdrage van de jongste generatie. Dat gebeurt via co-creatief onderzoek, waarbij er op jongeren gerichte AI-toepassingen tot stand komen. Daarbij gaat het om schaalbare toepassingen die niet alleen aan de juridische eisen voldoen, maar ook aan ethische richtlijnen en maatschappelijke wensen. De projecten waar het ELSA Lab mee aan de slag gaat, richten zich altijd op een van de drie primaire leefomgevingen waarin jongeren zich ontwikkelen: thuis, school of stad. Uiteraard ligt de focus daarbij op het ontwikkelen van AI-oplossingen die aansluiten bij de belevingswereld van jongeren en die ze ook echt verder helpen. En om dat alles goed te stroomlijnen, lanceert ELSA Lab AI4Youth verschillende leergemeenschappen en fieldlabs.
Welke AI-methoden of technologieën worden er tijdens het onderzoek gebruikt?
Het onderzoek richt zich vooral op AI-toepassingen waar jongeren momenteel al mee te maken hebben. Zoals zoek- en aanbevelingssystemen. Of computerinterfaces en spraakherkenning waarbij robotics-technologie wordt toegepast om de interactie met de gebruiker te onderzoeken (in een museumomgeving bijvoorbeeld). En bij alles wat dit ELSA Lab doet, geldt dat er extra aandacht is voor de manier waarop jongeren betrokken worden. De onderzoekers maken dan ook gebruik van de Pre-Ethics Tool die zich specifiek richt op ontwikkelingstrajecten waar kwetsbare doelgroepen bij betrokken zijn.
Tijdens de co-creatie-sessies met jongeren is het een belangrijk doel om tot AI-systemen te komen die zich richten op een gezonde ontwikkeling van jongeren in de maatschappij. Die sessies spelen daardoor ook een belangrijke rol bij het ontwikkelen van geschikte begeleidingsmethoden die helpen om tot die gewenste toepassing van AI te komen. Ook is er volop aandacht voor inclusie. Zo zijn er binnen het netwerk van AI4Youth fieldlabs opgezet die zich op AI-toepassingen voor dove kinderen richten.
Wordt er samengewerkt met andere sectoren?
Om kinderparticipatie bij AI-ontwikkelingen breed te kunnen implementeren, zijn er naast kennis- en overheidsinstellingen ook veel andere partijen bij dit ELSA Lab aangesloten. Het gaat daarbij onder andere om KidsRights, Netwerk Mediawijsheid, Tetem, de Koninklijke Bibliotheek, Rijnbrink, drie wetenschapsknooppunten (van de Universiteit Leiden, TU Delft en Universiteit Twente) en het Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid. Daarnaast zijn er pedagogen en kunstenaars betrokken. En bedrijven als IJsfontein, Dotpin, 8D Games en Mulesoft helpen bij het ontwikkelen van nieuwe oplossingen die op de gewenste manier gebruikmaken van AI-technologie.
Wat is het ultieme succes dat dit ELSA Lab kan bereiken?
Dat het in Nederland de dagelijkse praktijk wordt om bij AI-toepassingen voor jeugdige doelgroepen gebruik te maken van een transdisciplinair ecosysteem waar co-creatie het uitgangspunt is. Dus dat jongeren in de toekomst standaard worden betrokken bij de ontwikkeling van op AI-technologie gebaseerde applicaties die voor hen bedoeld zijn en waarmee ze in aanraking kunnen komen. En dat de leergemeenschappen en fieldlabs ontwikkelaars helpen om in co-creatie tot passende oplossingen te komen die niet alleen goed aansluiten bij wat jongeren willen, maar die hen ook echt verder helpen. Dat alles uiteraard binnen de wettelijke kaders en op een ethische, maatschappelijk gewenste manier, en conform het ELSA-concept.
Gehonoreerd met het NL AIC Label
De Nederlandse AI Coalitie heeft het NL AIC Label ontwikkeld om haar visie op de ontwikkeling en toepassing van AI in Nederland kracht bij te zetten. Een NL AIC Label is een formele erkenning van (de kwaliteit van) een activiteit in lijn met de ambities en strategische doelen van de NL AIC. De NL AIC feliciteert het ELSA Lab AI4Youth van harte!
Meer informatie?
Neem dan contact op met:
- Karolina La Fors, senior onderzoeker Responsible Design bij Universiteit Twente en co-initiatiefnemer van ELSA Lab AI4Youth
Wilt u meer informatie over Mensgerichte AI en het ELSA concept, dan nodigen we u graag uit deze pagina te bezoeken.